Taalnetwerk: Tien jaar strijd tegen laaggeletterdheid
In Nederland hebben miljoenen mensen moeite met lezen, schrijven en andere basisvaardigheden. Dat maakt het lastig om bijvoorbeeld een formulier in te vullen, een bijsluiter te begrijpen of een mail te versturen. Tien jaar geleden werd het Taalnetwerk Midden-Brabant opgericht om hier iets aan te doen. “In het begin dachten we dat een paar taalcursussen genoeg zouden zijn,” vertelt Rob van der Zwan, een van de betrokkenen. “Maar al snel zagen we dat het probleem veel groter was.”
Het Taalnetwerk Midden-Brabant brengt verschillende organisaties samen, zoals het Yonder (toen nog ROC), ContourdeTwern, MST, bibliotheken, gemeenten en andere welzijnsorganisaties. Samen werken ze aan oplossingen en ondersteunen ze mensen die moeite hebben met taal. Maar dat is niet altijd makkelijk. Hoe zorg je ervoor dat iedereen de hulp krijgt die hij nodig heeft? Hoe krijg je gemeenten mee in dit proces? In dit artikel delen bestuursleden Rob van der Zwan van MST | Mensen in beeld houden en Gon Mevis van ContourdeTwern hun ervaringen, uitdagingen en dromen voor de toekomst.
Samen sterker tegen laaggeletterdheid
Tien jaar geleden werd het Taalnetwerk opgericht. De eerste bijeenkomst vond plaats op een bijzondere locatie: het stadhuis in Tilburg , waar verschillende partijen, waaronder ContourdeTwern, Yonder en de bibliotheek, het belang van taalvaardigheid bespraken. Gon Mevis: “We hebben destijds samen een statement ondertekend waarin we het belang van taal en de bestrijding van laaggeletterdheid benadrukten.”
Complexiteit als grootste uitdaging
De strijd tegen laaggeletterdheid blijkt een veelkoppig vraagstuk. “In het begin dachten we dat we het probleem konden oplossen met cursussen,” zegt Gon Mevis. “Maar we ontdekten al snel dat een groot deel van de doelgroep blijvend ondersteuning nodig heeft. Taal- en digitale vaardigheden staan niet op zichzelf; het is onlosmakelijk verbonden met het dagelijks leven.”
Samenwerking als sleutel tot succes
Het Taalnetwerk heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de samenwerking tussen verschillende organisaties. ContourdeTwern, bibliotheken, ROC en MST leerden veel van elkaar, vooral over laagdrempelig werken en het inzetten van vrijwilligers. “De kracht van het netwerk zit in de chemie tussen de medewerkers en de openheid binnen de samenwerking,” aldus Van der Zwan. “Hierdoor worden problemen echt op tafel gelegd en besproken.”
Hoewel regionaal samenwerken voor gemeentes vaak een uitdaging is, helpt het netwerk om de complexiteit te verminderen en de betrokkenheid hoog te houden. Dat helpt om samen te zoeken naar oplossingen.
Motivatie en ambitie: meer dan alleen een plan
De motivatie van betrokkenen komt voort uit het zien van de noodzaak en de veerkracht van mensen die moeite hebben met de basisvaardigheden. Deze inzet heeft al tot mooie successen geleid. Zo zijn er Taalhuizen gerealiseerd waar mensen zonder drempels binnen kunnen lopen en terecht kunnen met vragen. “Het mooiste moment is wanneer iemand die altijd afhankelijk was, opeens zelf een formulier kan invullen of een gesprek durft aan te gaan,” zegt Mevis. “Je ziet die trots en dat geeft energie om door te gaan.”
Daarnaast is er in de afgelopen 10 jaar een adviesgroep Duidelijke Taal opgezet. Gon zegt zelf: “Ik heb enorm veel respect voor de veerkracht en motivatie van mensen om ondanks tegenslagen het leven goed en zinvol vorm te geven.” En dat zij zich dan ook nog willen inzetten om als ambassadeurs met organisaties in gesprek te gaan om hen te helpen begrijpelijker te communiceren, dat juicht hij helemaal toe. “Te vaak lopen mensen vast in ingewikkelde formulieren en ambtelijke taal,” zegt Rob van der Zwan. “Door samen te werken met gemeenten en welzijnsorganisaties zorgen we ervoor dat communicatie helder en toegankelijk wordt.” Deze aanpak helpt niet alleen mensen met laaggeletterdheid, maar maakt informatie voor iedereen begrijpelijker.
Met drie miljoen mensen die moeite hebben met basisvaardigheden, blijft de uitdaging groot. “We groeiden van een ‘plan van aanpak’ naar een ‘plan van aandacht’,” benadrukt Van der Zwan.
Gemiste kansen en organisatorische uitdagingen
Ondanks het succes van samenwerken blijft het thema taalvaardigheid kwetsbaar binnen organisaties. Ook bij ContourdeTwern. “Niet iedereen is doordrongen van het belang om aandacht te besteden aan laaggeletterdheid. Er zijn zoveel andere vraagstukken die óók aandacht vragen. En de financiering van de inzet tegen laaggeletterdheid is ook niet zo ruimhartig, daarom verdwijnt het wel eens van de agenda, geeft Mevis toe.”
Ook spelen tegengestelde belangen binnen organisaties een rol. “We zijn allen heel verschillende organisaties, met andere kernopgave. Dat is niet altijd makkelijk in de samenwerking. Maar uiteindelijke vinden we elkaar altijd in het gemeenschappelijke belang,” stelt Van der Zwan.
Van individueel probleem naar maatschappelijk vraagstuk
Persoonlijke ervaringen hebben Mevis en Van der Zwan extra motivatie gegeven. “Iemand in mijn directe omgeving was laaggeletterd en had dagelijks moeite met alledaagse dingen,” deelt Mevis. “Dat raakt je.” Van der Zwan kijkt breder naar het probleem: “Laaggeletterdheid gaat niet alleen over taal, maar ook over digitale vaardigheden en het vermogen om aan te haken in de maatschappij. Systemen en bureaucratieën maken het voor veel mensen extra moeilijk.”
Het besef groeit dat laaggeletterdheid niet alleen een individueel probleem is, maar dat de samenleving mede verantwoordelijk is voor het vergroten van zelfredzaamheid. “We moeten blijven werken aan toegankelijkheid en eenvoud in systemen,” besluit Mevis. “Dat is de enige manier om echte verandering te realiseren. En dat doen we samen binnen het Taalnetwerk, gemeenten en allerlei welzijnsorganisaties.”
Daarom blijft het Taalnetwerk Midden-Brabant zich ook in de toekomst onverminderd inzetten voor een samenleving waarin iedereen mee kan doen, ongeacht taalniveau.